Het is een vaak onhaalbare klus om buitenlandse toeristen die België bezoeken te vertellen dat de lokale gastronomie méér is dan een verzameling folkloregerechten. Maar toegegeven, ook de Belgen zélf zijn nog steeds gek op hun biefstuk-friet, mosselen of stoofkarbonade. Maar wat zijn nu de vijf meest typische lekkernijen waar bezoekers vreemd van opkijken?

Stoverij

Ik ben in een niet eens zo ver verleden een dag in Gent op stap geweest met een bus Japanse toeristen. ’s Middags werden de gasten ten tafel gevraagd in een traditionele brasserie, van het soort waar stoofpotten eeuwig op het vuur lijken te pruttelen en bier in glazen van 33 cl wordt geschonken. Het hoofdgerecht was stoofvlees, of stoverij of ook nog stoofkarbonade, in een intens bruine biersaus. De lieve Japanners wisten niet waar zij het hadden. De stoverij is een variante op het bekende Franse gerecht boeuf bourguignon, waarbij de rode wijn vervangen wordt door donker bier, een boterham met mosterd voor binding zorgt en een zoete toets wordt toegevoegd aan de hand van peperkoek of een lepel appelstroop.

Grijze garnalen

De dagverse Vlaamse garnaal is een grijze garnaal zonder bewaarmiddelen die wordt gevangen langsheen de Belgische kust, op onder andere de Vlaamse banken. Het vangstgebied strekt zich uit binnen een strook tot ca. 10 mijl van de laagwaterlijn. De Zeebrugse garnaalvissers gaan tot het eiland Walcheren en verder in noordoostelijke richting. De Nieuwpoortse vissers vangen ook garnalen zuidwestelijk langs de Franse kust tot Duinkerke. Grijze garnaal is uniek in de wereld en wordt vaak de kaviaar van de Noordzee genoemd. Twee typische bereidingen zijn garnaalkroketten en tomaat garnaal, waarbij de vrucht gepeld en uitgehold wordt en daarna opnieuw gevuld wordt met verse garnalen, mayonaise en een zwaai van de pepermolen.

Mattentaart

Mag ik u stiekem vertellen dat van alle Belgische taarten de mattentaart wellicht mijn absolute lievelingsgebak is? Dat heeft met de traditie te maken en uiteraard ook met het perfecte smaakpatroon: een goede mattentaart mag niet te zoet zijn. Een mattentaart is ook geen kaastaart zoals vaak verkeerdelijk wordt aangenomen. Met de benaming ‘matten’ bedoelt men geronnen of gestremde melk, waarbij de kwaliteit van de matten wordt bepaald door de kwaliteit van de melk. De bodemkwaliteit van de streek rond Geraardsbergen-Lierde speelt dus indirect een rol bij de productie van de mattentaart. Door aan de matten eieren, suiker en amandelen toe te voegen verkrijgt men de vulling van de taarten.

Paling in ‘t groen

We vertelden eerder al dat de Belgische, en in het bijzonder de Vlaamse keuken een stoofpottenkeuken is. Paling in ’t groen past maar gedeeltelijk in dat plaatje. Het is een bereiding die een juiste gaartijd vraagt, en ook de (groene) kruiden moeten met aandacht behandeld worden. De zoetwatervis wordt gegaard in aan variatie aan kruiden zoals salie, zuring, kervel, peterselie, brandnetel, waterkers, bieslook en basilicum. Wilde paling wordt nu vaak ingevoerd. Het is een bedreigde en ook wel dure vis.

Gentse Waterzooi

Wist je dat de Vlaamse keuken veel gemeen heeft met de Toscaanse keuken? Van oorsprong zijn het beide armemensenkeukens, waarbij enkel ingrediënten werden gebruikt die ruimschoots voorhanden waren. Dat is de origine van gerechten als de ribollita (Toscane) en de Vlaamse en Nederlandse hutspot. Gentse Waterzooi wordt vandaag bijna altijd met kip bereid, maar vroeger gebruikte men de vis die in de Gentse rivieren, grachten, vesten en kanalen te vinden was. Het woord zooi is afgeleid van zieden, koken. Waterzooi was het lievelingsgerecht van Keizer Karel, die in het jaar 1500 in Gent werd geboren. Hij at het naar verluidt graag in het Sint-Jorishof wanneer hij in Gent vertoefde.

Bekijk alle vakantiehuizen in België